"Water en energie: nieuwe uitdagingen!”

Interview met Pascal Misselyn, coördinator van BRUGEL.


DOWNLOAD DIT HOOFDSTUK
DELEN

Twitter  /  

Linkedin  /  

Facebook



Wat waren de meest markante feiten van 2018?

In 2018 kreeg BRUGEL een nieuwe opdracht toevertrouwd: de controle van de waterprijs. Zo konden onze diensten zich volledig toeleggen op deze dossiers en de spelers in de watersector officieel ontmoeten, met name VIVAQUA en de BMWB.

Het jaar 2018 werd ook gekenmerkt door de stopzetting van de activiteiten van de leverancier Belpower in juni. Aangezien deze situatie door alle regulators werd verwacht, bleef ze onder controle. In de nasleep werd de sector echter verrast door het faillissement van Anode, een evenwichtsverantwoordelijke. Deze operator was in het bijzonder de evenwichtsverantwoordelijke van een tiental kleine leveranciers, waarvan er vier of vijf actief zijn op de Brusselse markt. Alle regionale regulators waren zeer gevoelig voor dit faillissement, dat een domino-effect had kunnen hebben. Na deze twee gebeurtenissen vormden alle spelers in de sector een gemeenschappelijk front om ervoor te zorgen dat geen enkele huishoudelijke en professionele klant zou worden afgesloten.

In de loop van dit jaar hebben onze diensten ook een aanzienlijke daling vastgesteld van het aantal aanbiedingen van een belangrijke speler op de Brusselse energiemarkt. Deze leverancier heeft zich geleidelijk aan teruggetrokken op de huishoudelijke markt door nog maar slechts één minder voordelig aanbod voor te stellen en door de contracten van sommige van zijn klanten niet te verlengen. Deze houding illustreert het feit dat sommige leveranciers de neiging hebben om de Brusselse energiemarkt te verlaten.

En tot slot werden ons extra opdrachten toevertrouwd door de nieuwe ordonnantie die in 2018 door het Brusselse parlement is aangenomen. In deze tekst wordt met name gepreciseerd dat het technisch reglement, de leveringsvergunningen en bepaalde regels inzake de bescherming van de klanten nu prerogatieven zijn die rechtstreeks afhangen van BRUGEL. Deze nieuwe ordonnantie versterkt onze bevoegdheid op energievlak.

De ontwikkeling van het ATRIAS-PLATFORM maakte ook in 2018 pas op de plaats. Welke gevolgen heeft dit voor de Brusselse energiesector?

Tijdens dit boekjaar kende ATRIAS, het platform voor informatie-uitwisseling tussen de spelers in de energiesector, opnieuw moeilijkheden bij de lancering van zijn IT-toepassing. Vandaag zijn de spelers in de sector bezorgd, omdat ze twijfelen aan de duurzaamheid en de efficiëntie van het model, zoals gedefinieerd bij het ontwerp. Een hele reeks oplossingen zoals smart metering (slimme meters of prepaid meters in de andere gewesten) zijn immers afhankelijk van dit platform. En sommigen pleiten nu voor een minder ambitieuze, maar echt operationele oplossing. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest hing het einde van de compensatie hier nauw mee samen. In februari 2019 was er nog een hypothetische implementatie in 2020 verwacht.

Om dit te compenseren, wil Elia nu een IT-oplossing ontwikkelen voor de klanten die hun flexibiliteit willen inzetten. Mocht de transmissienetbeheerder (TNB) dit leiderschap overnemen, dan zouden de distributienetbeheerders (DNB's) het risico lopen een deel van hun activiteitensegmenten te verliezen. Dat is geen goed nieuws voor de gewestelijke instanties, die via regionale toezichthouders controle uitoefenen over deze DNB's.

Hoe deed de markt van de hernieuwbare energie het in 2018?

De periode van de uitreiking van de groenestroomcertificaten (GSC's) in maart 2018 was zeer gespannen, met een nooit eerder geziene prijsstijging. Sommige GSC’s bereikten een prijs van 110 of 120 euro - een hogere prijs dus dan de boete die wordt opgelegd in geval van niet-naleving. We stelden ook een toename met 50% vast van de installatie van fotovoltaïsche panelen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Dit zou moeten helpen om de spanningen op de GSC-markt in de toekomst te temperen.

Is de energiemarkt er in 2018 opnieuw in geslaagd om een zekere prijsstabiliteit te handhaven?

Globaal genomen is de energieprijs in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest niet significant gestegen, zeker als we deze situatie vergelijken met wat er in de andere gewesten is gebeurd. Deze gematigde stijging had vooral betrekking op de ‘commodity’, d.w.z. de prijs van het elektron dat door de leveranciers wordt voorgesteld. De transmissie- en distributieprijzen bleven relatief stabiel.

Werden de kwetsbare consumenten getroffen door deze prijsstijgingen?

Als we de stijging van de energieprijzen beschouwen, hadden we kunnen verwachten dat de kwetsbare klanten zwaarder getroffen zouden worden. De verschillende indicatoren waarover wij beschikken (aantal geïnstalleerde vermogensbegrenzers, aantal beschermde klanten of aantal meterafsluitingen), zijn relatief stabiel gebleven. Deze stabiliteit is paradoxaal, omdat de sociale actoren melding maken van een toenemende energiearmoede. Wij vermoeden trouwens dat de afname van de aanbiedingen in het BHG wijst op een afname van het aantal leveranciers in de nabije toekomst. Deze vermindering zou tot hogere prijzen in 2019 kunnen leiden en tot extra moeilijkheden voor sommige klanten, die misschien niet langer een leverancier kunnen vinden.

Waarom zouden ze mogelijk geen leverancier meer kunnen vinden?

In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zijn de leveranciers verplicht om een aanbod te doen, tenzij de klant al een openstaande schuld heeft bij hen. Een klant die bij meerdere leveranciers schulden heeft, loopt dus het risico geen aanbiedingen meer te kunnen ontvangen. In dit geval biedt het Brusselse beschermingssysteem geen oplossing. En we kunnen er dan vanuit gaan dat sommige klanten hun fantasie zullen gebruiken om alternatieve oplossingen te vinden.

Wat met de energietransitie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest?

De energietransitie omvat verschillende aspecten en betreft zowel de energie-efficiëntie als de bevordering van hernieuwbare of gecombineerde energiebronnen zoals warmtekrachtkoppeling. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is de energie-efficiëntie een concept dat succes kent, aangezien we sinds 2008 een gestage daling van het verbruik vaststellen. Op het gebied van hernieuwbare energie kan ook worden vastgesteld dat een bepaald type klant - met name klanten met een hoog verbruik die over alternatieve productiemiddelen beschikken - aanzienlijke inspanningen levert om flexibiliteitsdiensten te ontwikkelen. Maar aangezien Brussel een stedelijk gebied is, moet worden erkend dat dit type van transitie trager verloopt dan in andere gewesten.

Staat de energieflexibiliteit op het punt zich te ontwikkelen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest?

Geleidelijk aan legt de markt een aantal regels vast die beter geschikt zijn voor grote producenten-consumenten die over enige flexibiliteit beschikken. Deze regels zijn bedoeld om het pad te effenen voor de toekomst en zullen op korte termijn hun weg vinden naar de kleinste consumenten. De trend is onvermijdelijk. Vooral omdat op het Belgische grondgebied het aandeel van de intermitterende energie (zonne- en windenergie) steeds belangrijker wordt, met een piek van 50% van de productie-het verbruik gedurende enkele uren in 2018. Om dit nieuwe gegeven te beheersen, moeten de spelers in de sector zich nu onmiddellijk aan dergelijke vermogens kunnen aanpassen. Daarom moeten er geleidelijk aan nieuwe technische, economische en juridische regels worden ingevoerd.

Hoe is de problematiek van de conversie van het gasnet geëvolueerd in 2018?

De Brusselse regering heeft de conversie georganiseerd volgens een planning gespreid over 4 of 5 jaar, op basis van voorstellen van SIBELGA en SYNERGRID. Ze heeft het operationele beheer van deze conversie toevertrouwd aan SIBELGA en Leefmilieu Brussel, en in deze context speelt BRUGEL een meer waarnemende rol.

Wat was uw operationele strategie in 2018 ten aanzien van de spelers in de sector?

Net als in 2017 richtte BRUGEL zich op de dialoog en versterkte ze haar aanwezigheid op platforms voor uitwisseling en bespreking. In deze geest hebben we een reeks studies en openbare raadplegingen gelanceerd om verschillende onderwerpen te bespreken. In 2018 lanceerden we ook ons ‘open data’-platform voor het grote publiek. De workshops die we met veel spelers in de sector hebben georganiseerd, sluiten ook aan bij deze wens tot dialoog.

We stelden echter vast dat het verhoopte resultaat soms uitbleef. Toen we de tariefmethodologie ter raadpleging voorlegden, waren we verrast dat we slechts twee reacties uit de sector ontvingen. Daaruit hebben we afgeleid dat de organisatie van meerdere raadplegingen via de verschillende bevoegdheidsniveaus een nadelige invloed heeft op deze werkwijze. En de leveranciers die niet meer zo actief zijn in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest mobiliseerden zich minder voor officiële procedures die hinderlijk konden zijn. Met dit in het achterhoofd zullen we opteren voor een meer directe en informele dialoog.

De nieuwe opdracht voor het beheer van de waterprijs werd in 2018 volledig operationeel. Welke conclusies trekt u voor deze oefening?

Aangezien deze nieuwe opdracht in de eerste plaats een wettelijke opdracht is, zijn we geleidelijk aan het debat aangegaan. Wij zien 2018 als een overgangsjaar dat ons in staat heeft gesteld om contact te leggen met de verschillende spelers. De nieuwe tarifering zal immers pas in 2021 van kracht worden.

In 2018 hebben we zeer veel workshops georganiseerd met een sector die ons met veel goede wil heeft onthaald. We kregen alle uitleg en plaatsbezoeken die we nodig achtten. Tijdens dit zeer verrijkende jaar hebben onze teams grootschalige projecten opgestart, met name om de algemene voorwaarden van VIVAQUA te herdefiniëren. Zij hebben ook het werkterrein van de verschillende spelers geanalyseerd om af te bakenen wat binnen het toepassingsgebied van de gereguleerde en de niet-gereguleerde activiteiten valt. Op het einde van dit jaar hadden onze teams dan ook de activiteiten van de twee grote spelers, BMWB en VIVAQUA, volledig in kaart gebracht. In 2019 zullen we workshops organiseren om de nieuwe tariefmethodologieën te concretiseren.De nieuwe watertarieven, die eind 2020 zullen ingaan, zullen dan ook afhangen van deze methodologieën.

Welke strategische visie hebt u toegepast voor uw beheerscontrole?

De voorbije jaren lanceerde BRUGEL een uitvoerige top-downanalyse, inclusief de algemene visie op de activiteiten en de implementatie van prestatie-indicatoren. In 2018 werd dit verder doorgetrokken. We hebben nu een visie, strategische en operationele doelstellingen, KPI's (prestatie-indicatoren) enz. Bovendien zijn we nu in staat om onze dagelijkse werkwijze te vergelijken met de doelstellingen die we onszelf hebben gesteld. De eerste resultaten waren in dit opzicht veelzeggend. Ze toonden in het bijzonder aan dat onze eerste gegevensverzamelingen methodologische fouten vertoonden. Deze momentopname gaf ook aan dat sommige van onze indicatoren niet bevredigend waren en dat de behandeling van enkele dossiers onder een zekere inertie leed. Aangezien we geleidelijk maar voortdurend nieuwe opdrachten krijgen, zijn we ons ervan bewust dat we onze consolidatiefase nog niet hebben bereikt. En dat we waarschijnlijk op kruissnelheid zullen komen rond 2020-2021 tenzij we nieuwe opdrachten krijgen, wat niet uitgesloten is.

Wat met de raad van bestuur van BRUGEL?

In 2018 werd de raad van bestuur van BRUGEL grotendeels vernieuwd. De mandaten van vier van de vijf leden verstreken immers tijdens dit boekjaar of het vorige. De regering heeft een oproep tot kandidaatstelling gelanceerd om, op basis van het rapport van een onafhankelijke jury, drie nieuwe bestuurders en een voorzitter aan te stellen begin oktober 2018. De voorzitter die door de regering benoemd werd, was uiteindelijk verhinderd en deed afstand van zijn functie.




We stelden een toename met 50% vast van de installatie van fotovoltaïsche panelen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Dit zou moeten helpen om de spanningen op de GSC-markt in de toekomst te temperen.

Pascal Misselyn





In 2018 kreeg BRUGEL een nieuwe opdracht toevertrouwd: de controle van de waterprijs. Zo konden onze diensten zich volledig toeleggen op deze dossiers en de spelers in de watersector officieel ontmoeten, met name VIVAQUA en de BMWB.

Pascal Misselyn